Een floating farm in hartje Rotterdam

Geplaatst door op maandag, 20 juli 2015 in blog | 0 reacties
Een floating farm in hartje Rotterdam

Volgend jaar ligt er in hartje Rotterdam een drijvende boerderij. Het bedrijf telt zestig koeien die worden gemolken door een robot. Gras wordt geteeld onder led-verlichting, er wordt zuivel gemaakt, de mest verwerkt. Iedereen mag komen kijken en een pak verse stadsmelk kopen. Het is een wereldprimeur, zegt Peter van Wingerden.

We zitten in de kantine van de Rotterdamse omni-vereniging Victoria. Er wordt gehockeyd en getennist. Achterop het complex staat een squashhal. Peter van Wingerden haalt koffie. Hij is op vertrouwd terrein, hij was jarenlang praeses van de hockeyclub. Als hij terug is met de koffie, zegt hij: ‘jazeker gaat dat lukken’. De vraag was: ligt ie er de volgende zomer in de Merwehaven in Rotterdam, de floating farm? Zijn plan voor een drijvende boerderij is geen science fiction, zegt de Rotterdamse ondernemer. Het is een logische stap als antwoord op veel mondiale problemen.

Hij noemt de snel groeiende wereldbevolking, de inkrimping, vervuiling en verzilting van landbouwgebieden, de milieuvervuilende logistieke nachtmerrie om voedsel in de grote, uitdijende steden te krijgen, waarbij ook nog eens veel voedsel verloren gaat. Van Wingerden: “Zeventig procent van de aarde bestaat uit water, grote steden liggen meestal aan het water, dus waarom bouwen we niet op het water?”

Met zijn bedrijf Beladon dat hij ruim drie jaar geleden begon, richt Van Wingerden zich op het ontwerpen van zelfvoorzienende drijvende steden. Bij de ontwikkeling van dat concept kwam het idee van een floating farm bovendrijven. Dagvers voedsel produceren dichtbij of beter nog: ín de stad. Voedselvoorziening is een onontbeerlijk element in een stad die zelfvoorzienend moet zijn.  Steden in deltagebieden met een strategische ligging aan het water en waterwegen tot diep in het stadshart zijn bij uitstek geschikt voor de drijvende high tech oplossing, staat in het dit voorjaar uitgebrachte visieboek van het project Floating Farm.

Grootse vergezichten
Het zijn grootse vergezichten, maar Van Wingerden wordt serieus genomen. Hij brengt zijn visie over het voetlicht in steden als New York, Tokio en Signapore. “Er is veel belangstelling, maar ook wel scepsis. In die zin van: gaat het ook werken?”

Dat moet nou in Rotterdam gaan blijken. Er komt een drijvend melkveebedrijf op de Maas in de oude stadshaven, met een kleine uitloop op de wal. Voor het project heeft Van Wingerden samenwerking gezocht met Carel de Vries van de Stichting Courage en Johan Bosman van de Rotterdamse stadsboerderij Uit je eigen Stad. Gedrieën werken ze het idee uit, waarbij het beste dat Nederland te bieden heeft, waterbouwkunde en landbouw, samen moeten komen in een drijvende high tech boerderij. De pay-off van het drietal is daarbij: Drijvend boeren begint in Nederland.

De basis is een betonnen bak van 30 bij 40 meter. In het ruim van het drijflichaam van 1.200 vierkante meter komt een melkverwerkingsunit, een mestverwerkingsinstallatie en een ruimte waar gras wordt geteeld onder led-verlichting. Want zoals de drijvende stad, moet ook de boerderij zelfvoorzienend worden. Van Wingerden noemt het de circulaire gedachte: los van het grid. Waarbij grid staat voor de stekker van het energiebedrijf, de buis van het rioolbedrijf. Dat betekent: regenwater opvangen en verwerken tot drinkwater voor de koeien en voorzien in eigen stroom met zon- en windenergie.

Living lab
In het ruim wordt niet alleen mest verwerkt en zuivel gemaakt, maar ook voer geteeld met led-licht, zodat het vee elke dag vers gras te vreten krijgt. Het is high tech, beaamt Van Wingerden. “Het wordt een living lab. En dat is een kijkspel op zich. Iedereen mag komen kijken. We zijn transparant, alles is te bekijken.”

Die transparantie past in een van de doelen van de floating farm: educatie. De drijvende boerderij als educatiecentrum waar het publiek kan kennis maken met innovatie technieken. “We willen ook vertellen: kijk, zo wordt voedsel gemaakt. In grote steden weten veel mensen niet waar de melk vandaan komt. We brengen ook daarom de boerderij naar de stad toe.”

Peter van Wingerden

Fans
Als een Rotterdammer volgend jaar op de fiets springt en naar de Merwehaven rijdt, treft hij op de boerderij zestig koeien, die in een koeientuin lopen en door een melkrobot worden gemolken. Hij kan rondkijken, in de stal en in het ruim, en ter plekke dagverse zuivel proeven en kopen. “We denken er ook over om een stukje gaming toe te voegen. Dat je op een app kunt zien wanneer de koe wordt gemolken, hoeveel melk ze geeft, wat ze aan voer vreet. Daarbij willen we de mogelijkheid bieden aan kinderen om een kalfje te adopteren, zodat ze op die manier mede-eigenaar worden van een koe. Dan kunnen ze op hun i-phone zien dat ze geld verdienen als hun koe weer melk heeft gegeven. Zo gaat het verhaal van gezonde voeding vanzelf leven. Die kinderen worden fans. Zo is het idee ook eigenlijk begonnen.”

De koeientuin is het concept van Courage dat in Groenlo in de praktijk wordt getest op het melkveebedrijf van Chris Bomers. Carel de Vries nam Van Wingerden mee naar de Achterhoek. De Rotterdamse ondernemer zag de stal en de bodem en wist: dit moeten we hebben.

Koeientuin
In het concept van de koeientuin wordt de urine door de bodem afgevoerd via een speciaal drainagesysteem naar een luchtdichte opslag. De vaste mest wordt door een mestrobot in een aparte ruimte opgeslagen. Beide producten vinden hun weg naar de stadslandbouw (de vaste mest wordt eerst vergist) voor bemesting en bodemverbetering.

Binnenkort wordt begonnen met de bouw van het drijflichaam, vertelt Van Wingerden. Hij wil niet zeggen waar, wel dat het in een dok gebeurt. Dan laat hij er gelijk twee maken, want de ondernemer werkt ook aan de bouw van een drijvend hotel. Ook op een drijflichaam van 30 bij 40 meter. Het komt, vertelt de ondernemer, tegenover de boerderij te liggen in de Merwehaven.

Op de vraag hoeveel hij investeert in het project blijft het even stil. Het is nu moeilijk aan te geven, zegt hij. Veel is nog niet duidelijk; wordt er geleasd, wie gaat de technologie levereren, wordt er in fasen gebouwd? Over een half jaar wordt het makkelijker om er iets over te vertellen, zegt hij, maar hij bevestigt nu al wel dat het voor hem een miljoeneninvestering is.

Groot risico
Is het niet een groot risico voor een concept dat nieuw is in de wereld met nog niet uitgewerkte innovatieve technieken als grasproductie met led-licht, op te leveren in een jaar? Van Wingerden schudt nee. De participerende Rabobank heeft het businessplan wel drie keer doorgerekend voordat ze erin stapte, vertelt hij. En er liggen plannen B. “We hebben een achtervang, als de grasproductie niet meteen lukt halen we het voer eerst uit het achterland. Daar hebben we al afspraken over. Datzelfde geldt voor de mest, die kunnen we ook weg brengen. En we hopen over een paar weken te beginnen met testen van grasproductie onder led-licht. We zullen het alleen gaan gebruiken als het proven is.”

Jaarrond grasproductie voor 60 koeien in een bak van 30 bij 40 meter, het is nauwelijks voor te stellen. Van Wingerden zegt niet te weten wanneer de proeven resultaat opleveren. Die onzekerheid past binnen een project dat letterlijk en figuurlijk van de grond moet worden opgebouwd. “Het is een reis waarvan we niet precies weten waar die uitkomt. En ik vind dat geweldig. Ik ben ondernemer. Ik wil bouwen, realiseren en bijdragen aan een betere wereld. Dat betekent in dit geval: dagvers voedsel brengen in gebieden waar dat niet is. Dat is wat we hier doen en ik heb er on-ge-loof-lijk veel plezier in. En dat geldt voor ons alle drie.”

* * *

Blikvanger voor Dairy Summit

Het drijvende melkveebedrijf moet de blikvanger worden voor de Word Dairy Summit die volgend jaar van 16 tot 21 oktober wordt gehouden in Rotterdam. “Daar komen 1.500 zuivelmensen vanuit de hele wereld,” zegt Van Wingerden.

De ondernemer wil proefdraaien voordat de summit begint, daarom moet het hightech melkveebedrijf in de zomer al in bedrijf zijn. De officiële openingsdatum is gepland op 15 mei 2016.

Maar zover is het nog niet. Er moeten nog vergunningen komen. De gemeente en het havenbedrijf hebben in een eerste reactie positief gereageerd op de plannen, zegt Van Wingerden, waarmee hij aangeeft er op te vertrouwen dat de benodigde vergunningen er ook komen.

Als de drijvende boerderij een succes wordt wil Van Wingerden het concept uitrollen in andere landen. En dan blijft de productie niet beperkt tot zuivel. In de visie van de Rotterdamse ondernemer is de drijvende boerderij ook geschikt voor het houden van pluimvee, varkens, geiten en de teelt van tomaten, paprika, sla, algen of insecten.

De basis vormt het drijflichaam dat uitgebreid kan worden met meerdere units, zodat er een gemengd bedrijf kan ontstaan dat diverse producten levert.

Op de drijvende melkveehouderij wordt de geproduceerde melk in eerste instantie verwerkt tot gepasteuriseerde consumptiemelk, room, boter en karnemelk. In een latere fase wordt er mogelijk ook kaas gemaakt. Consumenten kunnen ook rauwe melk kopen.

 

Dit artikel verscheen in Zuivelzicht

 

Plaats een reactie