Fonterra opent aanval op Chinese babyvoedingsmarkt
Fonterra ontvouwde deze maand grootse plannen. De melkverwerker uit Nieuw-Zeeland, ‘s werelds grootste zuivelexporteur, gaat samenwerken met de Chinese babyvoedingsproducent Beingmate. Fonterra wil maximaal profiteren van de snel groeiende babyvoedingsmarkt in China. De strategie die ze daarvoor kiest wordt bestempeld als ‘agressief’ en kost haar punten op de rating list van kredietbeoordelaar Standard & Poor’s.
Het is een ‘game changer’. Dat zei de Nederlandse topman Theo Spierings van de Nieuw-Zeelandse melkverwerker bij de aankondiging van de samenwerking met Beingmate, een Chinese babyvoedingsproducent. Door het partnership krijgt Fonterra, die voor €390 miljoen een belang van 20 procent neemt in Beingmate, directe toegang tot de lucratieve Chinese babyvoedingsmarkt. “Door samen te werken met Beingmate versterken we de positie van onze babyvoedingmerken in China,” zei Spierings. “En bovendien linken we China aan kwalitatief hoogwaardige ingrediënten.” Waarbij de bestuurder onder meer verwees naar de productielocaties van Fonterra in Nieuw-Zeeland, Darnum in Australië en Heerenveen in Nederland.
Optimaal profiteren
Fonterra wil optimaal profiteren van de sterk groeiende Chinese babyvoedingsmarkt, die, zo schatten de Nieuw-Zeelanders in, in waarde groeit van ruim €11 miljard nu naar €21 miljard in 2017. Door een geïntegreerde productieketen met Beingmate op te zetten krijgt ze direct toegang tot 10 procent van de lokale babyvoedingsmarkt.
Om voldoende babyvoeding te kunnen leveren, voert Fonterra de productie van grondstoffen op. In Waikato investeert de melkverwerker €351 miljoen in de bouw van een nieuwe melkpoederfabriek.
Maar daar blijft het niet bij. Op de productielokatie in Edendale waar jaarlijks 300.000 ton melkpoeder en roomproducten wordt geproduceerd, verrijst een fabriek waar eitwitpoeder wordt gemaakt, met een capaciteit van 1,1 miljoen liter per dag. Verder wordt er een installatie voor omgekeerde osmose gebouwd om de capaciteit van een bestaande droger te vergroten tot 300.000 liter per dag en verrijst er een watervrije installatie waarin melkvet wordt verwerkt tot room met een capaciteit van 500.000 liter melk per dag.
Joint venture
De Fonterra-fabriek in het Australische Darnum wordt overgenomen door de joint venture die de Nieuw-Zeelandse melkverwerker gaat opzetten met Beingmate. Dat gebeurt zodra Fonterra een aandeel van 20 procent heeft verworven in haar Chinese partner. Door het samenwerkingsverband krijgen de Chinezen zeggenschap over de fabriek waar Fonterra Anmum maakt, een serie melkpoederproducten voor zwangere moeders en baby’s.
Via de afzetkanalen van Beingmate krijgt Anmum betere toegang tot de Chinese markt. In de nieuwe opzet gaat de fabriek in Darnum ook grondstoffen leveren voor de merken van Beingmate in China. De productie in Darnum wordt daartoe opgevoerd. Daarvoor hoeft niet te worden geinvesteerd omdat de fabriek niet op volle capaciteit draait.
Het duurt naar schatting zes tot acht maanden voordat de fabriek onder verantwoordelijkheid komt van de nieuwe joint venture. Analisten stellen dat Fonterra met deze deal de samenwerking met Beingmate acceptabel maakt voor de Chinese autoriteiten.
De samenwerkingsplannen van Fonterra zijn niet zonder risico’s. De melkverwerker heeft al een investeringsavontuur in China achter de rug dat slecht afliep. Ze verloor €128 miljoen op de samenwerking met het Chinese zuivelbedrijf SanLu, dat in 2008 betrokken raakte bij het melamine schandaal. De toenmalige Fonterra-top trok daarop de conclusie dat samenwerken met Chinese bedrijven alleen kan, als Fonterra ‘in control’ is.
Niet in control
Dat uitgangspunt is niet terug te vinden in de samenwerkingsplannen, de Nieuw-Zeelanders verwerven een minderheidsbelang van 20 procent in Beingmate. Fonterra is dus niet ‘in control’, maar de huidige Fonterra-top heeft vertrouwen in de Chinese partner en wijst voorts op de aangescherpte kwaliteitsstandaarden in de Chinese zuivelindustrie.
Kredietbeoordelaar Standard & Poor’s noemt desalniettemin de plannen ‘agressief’ en verlaagde de rating voor de langere termijn van A+ naar A. S&P ziet in het besluit om een aandeel van 20 procent te nemen in de Chinese partner een aanwijzing dat Fonterra’s bereidheid om risico’s te nemen groter is dan ze dacht. De korte termijn rating hield S&P onveranderd op A-1, maar die voor achtergestelde obligaties verlaagde ze van A naar A-.
Een andere Amerikaanse kredietbeoordelaar, Fitch, zag in de plannen van Fonterra geen aanleiding om de kredietstatus van de melkverwerker aan te passen. Niet voor de korte en niet voor de lange termijn. Fitch houdt vertrouwen in de kredietwaardigheid van Fonterra gezien de schaal waarop de melkverwerker opereert (‘‘s werelds grootste producent en exporteur van zuivel’), de flexibele financiële basis dankzij de melkveehouders en de marges die de melkverwerker behaalt door ‘een volledig geintegreerd business model’.
De naar beneden bijgestelde rating van S&P kan van invloed zijn op de condities waaronder Fonterra geld kan lenen voor de investeringsplannen. “Maar dat effect zal klein zijn,” zei econoom Natan Penny van de Nieuw-Zeelandse ASB Bank. “Investeerders kijken ook naar de strategie en als ze denken dat die goed is, dan zullen ze met plezier krediet verstrekken.”
‘Melkveehouders profiteren snel’
Financieel directeur Lukas Paravicini van Fonterra verklaarde dat de melkveehouders snel zullen profiteren van de samenwerking met Beingmate.
Door de joint venture met de Chinezen zal de fabriek in het Australische Darnum beter gaan draaien, verwacht Paravicini. ‘Darnum’ is verlieslatend omdat de capaciteit van de fabriek bij lange na niet wordt benut. Zodra de joint venture de fabriek overneemt, nemen de kosten voor Fonterra met meer dan de helft af, aldus de CFO.
Bovendien zal de capaciteit beter worden benut, omdat Darnum ook voor de Chinezen gaat produceren. De fabriek zal binnen drie jaar op volle toeren draaien, aldus Paravicini.
De CFO verwacht ook positieve effecten voor de afzet van Anmum in China. De melkpoederproducten voor zwangere moeders en baby’s worden in het vervolg afgezet via de 80.000 verkooppunten van Beingmate in China. Paravicini verwacht enerzijds een forse omzetgroei en anderzijds een aanzienlijke kostenbesparing op verkoop en marketing.
Tot slot zal Fonterra en daarmee de melkveehouders profiteren van het dividend dat wordt verkregen op het aandeel dat Fonterra verwerft in Beingmate.
Dit artikel is verschenen in Zuivelzicht
Recente reacties